Corien Oranje

verboden gebied

Het is 1 oktober 2015, het is het prachtigste nazomerweer dat je zou kunnen uitkiezen: warm, windstil, zo helder dat je kilometers ver kunt kijken. Het is het eind van de middag, de schaduwen zijn lang, het maïs staat hoog, en de bomen zijn van een vermoeide, stoffige kleur groen, de Drentse Aa kronkelt door het landschap heen.
We vliegen op 1000 voet over Drenthe heen, mijn jongste zoon en ik. Dat wil zeggen, mijn zoon vliegt, ik zit achterin en slaak af en toe een kreet, want hij maakt scherpe bochten waarbij je denkt: o nee, o nee, o nee, nu gaat het mis! En hij verandert iets aan de motor, zodat je denkt: o nee, nu valt hij uit. Maar 30 minuten later landen we op een grasveld in Hoogeveen.j2

Zijn broers zitten al jaren op gitaar en basgitaar. En toen we uitrekenden hoeveel we de afgelopen jaren hadden uitgegeven aan de muziekschool, wisten we ineens wat we jongste zoon moesten geven: vijf vlieglessen. Omdat hij al minstens tien jaar nadenkt over of ie piloot zou kunnen worden of niet en er nog steeds niet uit is. Misschien vindt ie vliegen in het echt wel helemaal niet leuk, dachten we. Zou handig zijn als hij dat zou weten vóór hij zich in torenhoge schulden gaat storten.
Zijn vierde les is het, maar als ik hem hoor overleggen met de instructeur is het net of hij al jaren bezig is. Hij weet hoe hij moet opstijgen, wat de flappen doen en het roer, waar al die knopjes en schakelaartjes op het dashboard voor zijn en op hoeveel voet hij moet vliegen als hij naar het zuiden gaat. Hij weet welke route hij moet nemen: rechts van de A28 moet hij blijven, en hij moet zich richten op herkenningspunten als het circuit van de TT in Assen, de spoorlijn die de A28 kruist, de Domofabriek bij Beilen, de afvalfabriek in Hoogeveen. ‘Ik doe helemaal niks,’ zegt de instructeur.

Ik vouw me achterin op en doe een gordel om, en ik denk aan lang geleden, toen ik ook met J. in een Cessna zat, maar toen woonden we op Papua en toen was ie nog een baby, net als zijn broers. En nu vliegt hij míj. Hij werkt de checklist af, taxiet in hoog tempo naar de startbaan (heeft hij wel door dat de vleugels uitsteken? Straks raken we de hangar!), controleert nog het een en ander en davert dan naar voren. Vóór ik het door heb zitten we in de lucht, en daar is de A28, daar is het Zuidlaardermeer, daar is het circuit van de TT en ik kijk naar de piepkleine motoren die er rondracen. De radiotelescopen bij Westerbork, de Domofabriek – en daar is Hoogeveen al.
Een scherpe bocht. We hangen wel érg schuin nu. En gaan we niet te langzaam? Dit gaat helemaal niet goed. Dat voel ik. Het geluid van de motor klinkt ineens ook een beetje anders. En dan nóg zo’n bocht. Dat grasveldje daar, moeten we daar echt op landen? De grond komt snel dichterbij. Een boink, oorverdovend geratel en we staan.
De havenmeester klimt uit zijn grasmaaimachine en gaat ons voor naar zijn kantoortje. ‘Ik kreeg net een telefoontje,’ zegt hij over zijn schouder. ‘Een klager. Jullie hebben boven de stad gevlogen.’
‘Sorry,’ zegt de instructeur. ‘We hebben een rotonde gemist.’

j0 j1j7j4
j5

Over Corien Oranje

Hoi! Ik ben Corien Oranje, en ik ben kinderboekenschrijver en tekstschrijver. Ik heb boeken geschreven zoals 'Love you, miss you', 'Kampioen' en 'Juf in de pan', en ik schrijf elke week een aflevering van 'Bianca's blog' voor Visie. Ik kom vaak op scholen om kinderen te vertellen over mijn boeken, en om ze te laten ervaren hoe cool het is om zelf verhalen te verzinnen, én hoe heerlijk het is om te lezen.

Back to list

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *